Mike Thomas, van Chicago Sun-Times had op 16 maart 2003 een interview met Stephen King.
De Engelse versie van dit interview is inmiddels niet meer beschikbaar op hun site. Hier onder een vrije Nederlandse Vertaling.

In de zomer van 1999 werd topschrijver Stephen King getroffen dor een ongeluk vlak bij zijn huis in Maine. Tijdens zijn revalidatie schreef hij met pen het super dikke novel Dreamcatcher. (meer over Dreamcatcher zelf terug te vinden in de special en boeken en filmpagina’s). En nu is Dreamcatcher binnenkort in de bioscoop.

V= vraag gesteld door Mike Thomas
A= antwoord door Stephen King

V:     Zul je erg kwaad zijn als films, gebaseerd op jouw verhalen, niet het originele verhaal aanhouden?
A:     Nou, de enige reden dat ik deze interviews geef is omdat ik “Dreamcatcher” goed vond. Ik zou anders nooit interviews hebben gedaan. Mijn moeder zei altijd: “Als je niets leuks kan zeggen, zeg dan maar niets”, en dat is een goede regel. Maar deze film is ongelooflijk trouw aan het boek. Ik heb ‘m nog niet in de bioscoop gezien, maar toen ze bijna aan het einde waren hebben ze mij een videoband gestuurd. Het was niet eens een DVD, maar een werk print. Ik heb er naar gekeken, en toen ik klaar was keek ik naar mijn vrouw en ze:” Ik weet niet hoe ze het gedaan hebben, maar dit is helemaal mijn boek”.

V:     Een tijdje terug schreef je “Over leven en schrijven”, dat overigens goed verkocht. Vertel ons eens wat meer over een dag van je leven?
A:     Nou, eerst wil ik even zeggen dat “Over leven en schrijven” toentertijd een goed idee leek. Het was moeilijker dan ik dacht, want ik wist minder dan ik dacht, of dacht dat ik er vanaf wist. Maar ik sta op om 7.30 uur en begin met mijn revalidatie training. Ik moet stretchen, buigen enzovoorts. Dus doe ik dat. Dan ontbijt ik, of zoiets, en meestal maak ik dan een wandelingetje en denk na over datgene waar ik aan wil werken vandaag. Soms is het een vraag, of in welke volgorde ik dingen wil laten gebeuren. Dan kom ik terug en meestal rond een uur of 9 begin ik dan. Als ik mijn zin krijg ga ik door tot een uur of 1, om daarna te lunchen. En dan stop ik er meestal wel mee. Ik vind het idee om de middag vrij te nemen heerlijk, dus als ik een middagdutje wil doen, of mijn been wil laten rusten kan dat. En ’s nachts kan ik dan weer nadenken…

V:     Je E-books (Riding the Bullet & The Plant) werden door jezelf op het internet verkocht. Zul je zoiets ooit nog weer doen of is het doodgebloed?
A:     Nee, dat zou ik zo weer doen, in een minuutje als ik een idee had. Het was zo ontzettend leuk, bij allebei. Ik heb drie boeken die komend jaar verschijnen (de laatste drie boeken in de DT-serie) maar die worden gepubliceerd op de ouderwetse manier. Eentje deze herfst, en twee in 2004. Iets dat heel leuk kan zijn is gewoon een boek, een novel schrijven, dit op het net zetten en afwachten wat er gebeurd…

V:     Ben je nog een beetje rijk geworden van die laatste keer?
A:     (Lachend) Het is beschamend om te zeggen, maar ik maakte absoluut geen winst. Zeker niet op het tweede deel dat op internet verscheen, omdat er geen publisher bij betrokken was. Het waren mijn assistent en ik maar… Er was wat geld voor de website, en de server die het draaiend moest houden, maar daar begrijp ik niets van… En toen kwam er een advertentiebudget, en we begonnen een campagne waar we geld voor betaalden. Maar als je dat eenmaal hebt gedaan ga je achterover zitten en komt het geld binnen rollen.

V:     En als jij jezelf bent, komt het wel binnenrollen…
A:     Ook als jij mij zou zijn. Ik denk dat waarschijnlijk na aftrek van alle kosten en alles, en je mag me citeren, maar hou me er niet aan vast, ongeveer een driekwart miljoen dollar overhielden ofzo. En ik bedoel, het was een deal waar we gewoon tegen de mensen zeiden als je het leuk vind, betaal er dan ook voor…

V:     Het was dan ook het meest succesvolle experiment in zijn soort…
A:     Ja, maar niemand anders volgt het na…

V:     Je bent een ontzettende fan van de Boston Red Sox. Je hebt nog de eerste pitch gegeven in Fenway in de lente van 1999 toch?
A:     Ja zoiets… Het was een slecht jaar voor pitcher Tom Gorden. Maar ze hebben me gevraagd omdat ik net het boek “Het meisje dat hield van Tom Gorden” had geschreven. Maar een slecht jaar is altijd nog beter dan dat hij bij de Cubs speelt. Daar ben ik geen fan van, omdat ze National League spelen. Maar de White Sox zijn goed, en Tom is een goede vent. Maar dat jaar speelde hij slecht, en kreeg ik mijn auto-ongeluk.

V:     Hoe lang na die wedstrijd werd je geraakt?
A:     Iets minder dan twee maanden.

V:     Dat zette je wereld wel even op zijn kop. Het moet je vooruitzichten hebben veranderd?
A:     Nou, ik ben blij dat ik nog leef. Dat is het eerste. Nog elke dag besef ik dat, omdat ik echt heel, heel dicht op het randje van de dood ben geweest. En het andere ding is dat het mijn houding tegenover geld heeft veranderd. Ik ben arm opgegroeid, en ik had altijd de neiging om elke dollar vast te houden. En als zoiets als dit gebeurt, zeg je tegen je zelf dat je meer geld aan goede doelen wilt geven, en als er iets is wat ik erg graag wil hebben ga ik het gewoon halen, omdat je het geld toch niet kan meenemen als je het hoekje omgaat.

V:     Je kunt het niet meenemen nee..
A:     Ja, ja, dat is een ware uitspraak. En het schrijven is heel belangrijk voor me geworden, omdat het beter werkte dan een pil tegen de pijn. Het is die fantasiewereld waar je in stapt. Ik ben begonnen met het schrijven van “Dromenvanger” in november 1999. Ik kon niet aan een bureau zitten, echt niet, omdat ik teveel botten gebroken had, en ik had een ding om mijn been, ze noemen het een externe fixatie, dus ik schreef maar met de hand. Het was fantastisch vanaf het begin. Ik vond het echt leuk. Maar je kunt ook veel pijn terug zien in dat boek (lacht).

V:     “Dreamcatcher” behandelt een grootschalige invasie van Aliens. Wanneer begon je interesse in het buitenaardse?
A:     Ik denk ongeveer toen ik als een kind “Thrilling Wonder Stories” en “EC comics” las. De avonturen in de ruimte en dat soort dingen. En gewoon het hele idee, dat als Aliens inderdaad uit het heelal kwamen, ze naar alle waarschijnlijkheid niet zwaaien met een vredesteken. Ik wilde laten zien dat het anders kon dan in “War of the Worlds” en dat soort verhalen.

V:     Sommige van Aliens in Dreamcatcher nemen de vorm aan van, om het maar plat te zeggen, strontwezels. Hoe kwam je op dat idee?
A:     Owh die s….. wezels! Yeah! Ik weet het niet. Het belangrijkste was dat ik tegen mijzelf zei dat niemand dit nog had gedaan. Niemand wil over zoiets praten. En ik dacht, als niemand er over wil praten, dan moet het een teer plekje zijn. Ik wil erheen gaan en kijken wat er gebeurt.

V:     Dus het is veilig om te zeggen dat je die wezels uit je kont getoverd hebt?
A:     Ja, ik heb ze uit mijn kont getrokken. Inderdaad. Dat deed ik. En weet je wat? Ik heb dat ongeluk gehad, en ze doen de meest verschrikkelijke dingen met je die je je niet kunt voorstellen. Je lichaam is bezeten terwijl je wakker bent, of zoiets. Overal slangetjes, en allemaal verschillende om voor verschillende dingen te zorgen. En ik denk dat ik dat aan het verwerken was…

V:     Je schrijven is altijd therapeutisch geweest. Het is wel eens gezegd dat je nachtmerries krijgt als je niet een bepaald aantal pagina’s per dag haalt. Is dat waar?
A:     Ja, dat klopt. Ik krijg dan de ergste dromen. Maar het wordt wel overdreven. Maar als ik een lange tijd aan het werk geweest ben, en je hersens zijn ingesteld op het feit dat ik elke dag 3 uur opschrijf wat er in mijn fantasie wereld gebeurt, en je stopt dan opeens… het moet ergens heen niet waar, totdat je weer opnieuw gewend bent.

V:     Droom je ook boeken voor je ze schrijft?
A:     Ik krijg heel vaak ideeën.. Ik heb altijd wel een verhaal waar ik mee bezig ben. Zo kom ik ook in slaap. Ik tel geen schapen, ik vertel mezelf een verhaal. Het is iets wat heel, heel simpel is, maar dat is logisch aan het einde van een dag terwijl je gaat liggen. Je wilt geen moeilijke dingen uit te zoeken hebben dan..

V:     Je hebt veel verhalen geschreven en veel nachtmerries gecreëerd. Maken dezelfde dingen je nu bang, die je bang maakten toen je net begon te schrijven?
A:     Ik denk dat ik minder bang ben. Ik bedoel, niet zoals het was toen ik een kind was. Hoe meer je schrijft, des te groter wordt je woordenschat. En hoe meer angsten je kunt uitdrukken, hoe minder bang je wordt. Het is een psychisch ding; je kunt iemand vertellen waar je bang voor bent, en vaak gaan ze niet weg, maar wordt het wel kleiner. Ik bedoel, het zijn nieuwe dingen als je ouder wordt die de plaats innemen van oude angsten. En dan is er nog de dood… en diverse ziekten die de oude plekken innemen, of een oorlog met Irak. Dat zijn allemaal dingen die je op je schouders meedraagt, zeker!

V:     Ze zeggen dat je horror schrijvende carrière aan het einde is…
A:     Nou ik dacht er niet aan als een horror schrijvende carrière eigenlijk. Maar in elk geval heb ik nog de TV serie voor ABC “Kingdom Hospital”. En dat zijn 13 afleveringen. Ik ben het nu aan het schrijven. Het lijkt een beetje op “ER”, gekruist met “The Shining”. Het is een spookziekenhuis, echt waar. De serie staat momenteel gepland voor januari 2004, misschien uitlopend tot mei of juni. Maar daarna ben ik wel zo’n beetje klaar met waar ik aan denk als mijn traditionele carrière. Maar ik ga niet met pensioen hoor, ik blijf gewoon schrijven… maar ik ga gewoon beter uitzoeken wat ik wil laten publiceren of wat ik wil schrijven.

V:     Je bent op een punt in je leven waar je kunt kiezen wat je wilt doen, en wanneer je het wilt doen. Dat moet heerlijk zijn. Duurde het lang voor je gewend was aan het idee dat je een schrijvende Rock Star was?
A:     Ik weet niet eens wat het betekent….

V:     Je bent een geliefd schrijver, mensen herkennen je altijd. Moest je wel wennen aan het geven van handtekeningen?
A:     Dat is eng. Het is vreemd om mensen op je af te zien lopen in een supermarkt die je handtekening willen. Maar het leukste dat er ooit gebeurd is was toen ik uit eten ging met Bruce Springsteen. Dat was juist voor zijn “Born in the USA tour”, en we werden bij elkaar gezet door Nils Lofgren, die een fan is van Bruce, en van mij. We gingen naar een delicatessenrestaurant in NY, en niemand herkende Bruce. Een jongen probeerde ons nog cocaïne te verkopen bij de deur trouwens. En dus zitten we achter in de zaak, en eten wat van dat Ierse eten, en toen kwam er een meisje, ik denk zo’n 16 jaar oud, en ze was met haar ouders. Ik fantaseerde dat het misschien haar verjaardag was of zo, want ze was leuk gekleed, en ze zag er leuk uit. Haar haren in een knotje met een strik en alles. Ze keek naar ons, en weer weg, en toen keek ze weer en liep bijna op wolken naar onze tafel. En Springsteen haalt een pen uit zijn zak, maar het meisje kijkt er helemaal niet naar. Ze zei alleen “U bent Stephen King! Mijn God, ik heb al uw boeken gelezen”. En Springsteen barste in lachen uit, en ik ook. Maar dat is een van de leuke dingen. Meestal is het gewoon vervelend, laat me je dat vertellen. Maar het is nog steeds vreemd.

Follow by Email
YouTube